Eigen bier smaakt het best

Met vertrouwen kan je b(r)ouwen

In de gemiddelde werkweek is werkvoorbereider Emiel de Boer per dag op verschillende locaties te vinden. Dit keer is dat echter anders. Wij treffen hem op het bouwterrein van Holland Malt, waar hij de komende weken bijna fulltime aanwezig is. ‘’Dit is dé drukste periode van dit project.’’ vertelt hij. Ondanks zijn volle agenda maakt hij tijd om uit te leggen welke bijzondere dingen er gebeuren aan het uiteinde van de Eemshaven.

Hoe komt het dat het op dit moment zo druk is op het terrein van deze graanmouterij in Oost-Groningen? Emiel licht toe: ‘’We zijn bezig met zowel nieuwbouw als het renoveren van bestaande bouw. De mouttorens die hier staan gaan we namelijk verduurzamen, zodat deze volledig emissieloos zijn. Dat doen we terwijl de mouterij gedeeltelijk blijft draaien en blijft produceren. We hebben daarom de bouwwerkzaamheden opgedeeld in twee fases. In de eerste fase gaat de eerste helft van de torens dicht voor renovatie en in de tweede fase sluiten we de andere helft. Op dit moment zitten we precies tussen deze fases in. Dus we zijn de eerste fase nog aan het afronden, terwijl we ook volop voorbereiden voor de tweede fase. Tussen deze fases door zijn we ook nog bezig met het plaatsen van twee constructies voor twee tanks, welke benodigd zijn voor het proces. Topdrukte dus.’’

Geen gevecht tegen de bierkaai

Die topdrukte is ook te merken op het bouwterrein zelf. Materiaal verplaatsen, kabels verleggen, metingen doen – overal waar je loopt kom je werkmannen tegen. Terwijl we ons over het bouwterrein begeven, begroet Emiel bijna iedereen die hij tegenkomt. Hij vertelt dat hij al een behoorlijke tijd samenwerkt met vaste partners en onderaannemers. ‘’Dat moet ook wel voor een project van dit formaat. Er is gedurende de dag ontzettend veel wat moet worden afgestemd. We hebben daarom in onze bouwkeet ook verschillende kantoren voor de andere bedrijven gebouwd. Zo is iedereen dichtbij als we wat van elkaar nodig hebben. Dat maakt het werk een stuk makkelijker.’’

We komen aan bij één van de oude mouttorens. Deze gaat dus voor enkele weken dicht op korte termijn. De warmtevoorziening voor de lucht, welke door de mouttorens wordt geblazen, gebeurt op dit moment nog met behulp van grote gasbranders. Deze installatie gaat eruit en wordt vervangen door een gasloze, duurzamere oplossing. In de andere mouttorens is deze onlangs vervangen en functioneert al naar behoren. Enkele weken geleden was de gevel nog voorzien van twee enorme openingen. Nu is daar, vanaf de buitenkant bijna niets meer van te zien.

Als een geheel nieuw project

Je zou daarom verwachten dat het vervangen van deze installatie ook een piece of cake is. Hetzelfde wat je eerder hebt gedaan gewoon precies herhalen, toch? Volgens Emiel is dat absoluut niet waar. ‘’We zijn toe aan de tweede fase van het grote geheel en als je kijkt wat er in de basis moet gebeuren snap ik dat het lijkt alsof het een kopie is van de eerste fase. Maar toch zijn er dusdanige verschillen, dat we het moeten bekijken als een volledig nieuw project.’’

Terug in zijn kantoor in de bouwkeet laat hij zien welke verschillen hij bedoelt. De muren van zijn kantoor staan volgeplakt met bouwtekeningen, schema’s en andere belangrijke informatie. Op één van de tekeningen zijn alle mouttorens te zien. Hier kan hij duidelijk aangeven waar hij op doelt. ‘’Sowieso zitten er tientallen jaren tussen de bouw van deze torens. Ook nog door verschillende bedrijven. Je zit dus met afwijkende bouwstijlen, materialen en met de staat van het gebouw. Maar het belangrijkste verschil is de manier hoe de binneninstallatie is opgesteld ten opzichte van de rest van de toren. Als je die vergelijkt met de torens die wij nu net hebben opgeleverd, zitten ze namelijk 90 graden gedraaid. We moesten dus op zoek naar andere manieren om de oude installatie eruit te halen en de nieuwe in de toren te krijgen en te plaatsen.’’

Maar Emiel haalt toch opgelucht adem ‘’En daarom is het zo fijn dat ik de vaste mensen om mij heen heb verzameld. Ik weet ze altijd te vinden en ik weet precies wat ik aan ze heb. Regelmatig hebben wij een multidisciplinair overleg waarbij we dit soort uitdagingen met elkaar bespreken. Dat bevalt goed en zorgt dat we elkaar scherp houden. Als ik terugdenk aan wat wij tot nu toe allemaal hebben meegemaakt samen, dan hebben wij straks wel een biertje verdiend.’’